Ga naar de inhoud

Openbaring hoofdstuk 8 vers 1-5

Openbaring in het kort, een overzicht
Introductie op Openbaring
naar Hoofdstukken
hoofdpagina site

HSV 1 En toen het Lam het zevende zegel geopend had, kwam er een stilte in de hemel van ongeveer een half uur. 2 En ik zag de zeven engelen die vóór God stonden en aan hen werden zeven bazuinen gegeven. 3 En er kwam een andere engel, die met een gouden wierookvat bij het altaar ging staan. Aan hem werd veel reukwerk gegeven, opdat hij dat samen met de gebeden van alle heiligen op het gouden altaar vóór de troon zou leggen. 4 En de rook van het reukwerk steeg, met de gebeden van de heiligen, uit de hand van de engel op tot vóór God. 5 En de engel nam het wierookvat en vulde dat met het vuur van het altaar en wierp het op de aarde, en er kwamen stemmen, donderslagen, bliksemstralen en een aardbeving.

NBG51 1 En toen Hij het zevende zegel opende, kwam er een stilte in de hemel, ongeveer een half uur lang. 2 En ik zag de zeven engelen, die voor God staan, en hun werden zeven bazuinen gegeven. 3 En er kwam een andere engel, die met een gouden wierookvat bij het altaar ging staan, en hem werd veel reukwerk geschonken om het te geven, met de gebeden van alle heiligen, op het gouden altaar voor de troon. 4 En de rook van het reukwerk, mèt de gebeden der heiligen, steeg uit de hand van de engel voor Gods aangezicht op. 5 En de engel nam het wierookvat en vulde dat met het vuur van het altaar, en wierp (het vuur) op de aarde; en er kwamen donderslagen en stemmen en bliksemstralen en aardbeving.

NBV21 1 Toen het lam het zevende zegel verbrak, viel er een stilte in de hemel, die ongeveer een half uur duurde. 2 Ik zag de zeven engelen die voor Gods troon staan. Ze kregen alle zeven een bazuin. 3 Toen kwam er een andere engel, die met een gouden wierookschaal bij het altaar ging staan. Hij kreeg een grote hoeveelheid wierook om die op het gouden altaar voor de troon te offeren, samen met de gebeden van alle heiligen. 4 De rook van de wierook steeg met de gebeden van de heiligen uit de hand van de engel op naar God. 5 Toen nam de engel de wierookschaal, vulde hem met vuur van het altaar en wierp dat op de aarde. Er volgden donderslagen, groot geraas, bliksemschichten en een aardbeving.

De boekrol wordt geheel geopend, stilte in de hemel
1 Καὶ ὅταν ἤνοιξεν τὴν σφραγῖδα τὴν ἑβδόμην,En toen Het (Lam) opende het zegel, het zevende
In de vorige hoofdstukken is de huidige situatie in de gemeenten, in de wereld en in de hemel geopenbaard. Dit betreft dus ook de situatie die bij het openen van de eerste zes zegels wordt getoond. Jezus, het Lam van God, is opgenomen in de hemel en mocht als Overwinnaar over de dood plaats nemen naast God. Vanaf die hoge positie mag Hij regeren. Als blijk daarvan heeft Hij uit de hand van God een boekrol ontvangen die met zeven zegels is verzegeld. Bij het openen van de eerste vier zegels worden ruiters te paard opgeroepen om voor Jezus te verschijnen. Het eerste paard, dat wit is, symboliseert de grote misleider, het volgende paard is rood en neemt de vrede weg waardoor mensen elkaar afslachten, het derde paard, zwart, brengt hongersnood, het vierde paard, vaal, brengt de dood door verschillende oorzaken. Al deze machten weten inmiddels dat hun dagen geteld zijn. De opening van het vijfde zegel toont hoe in de hemel de getrouwe gelovigen verzameld worden. Zij volgden Jezus tot in hun dood. Zij verlangen naar het moment waarop aan alle onrecht een eind wordt gemaakt. Bij de opening van het zesde zegel wijzen tekenen in de hemel en op de aarde op dat laatste gericht. Maar voordat dit komt worden alle gelovigen die nog op aarde zijn, verzegeld met de Heilige Geest. Daardoor zullen zij in de eindtijd het geloof kunnen bewaren. Johannes krijgt alvast te zien dat het voor hen allemaal goed afloopt. Hij ziet namelijk een grote niet te tellen schare van overwinnaars in witte kleren voor de troon van God 1.
Maar dit kan niet het einde zijn van dit boek, want er moet nog worden afgerekend met alle kwaad. De satan en zijn demonen moeten voor eeuwig tot zwijgen worden gebracht. Nu het Lam dit zevende zegel verbreekt en daarmee de boekrol werkelijk opent heeft dat grote gevolgen. Nu gaat iets nieuws gebeuren, dat was bij het verbreken van de eerste zes zegels nog niet het geval. Nu komt het einde voor de van God afgevallen wereld 2.
ἐγένετο σιγὴ ἐν τῷ οὐρανῷ ὡς ἡμιώριον. ontstond een stilte in de hemel, ongeveer (een) half uur.
Zelfs de vier hemelwezens, die nooit rust hadden en dag en nacht onophoudelijk “heilig, heilig” (Opb 4:8) riepen, zwijgen. Dit is een zeer bijzonder moment. Het zevende zegel is het laatste in de rij van zeven. Nu de boekrol open ligt wordt alles openbaar van wat God en zijn Zoon gaan doen op het einde. De grote stilte vraagt om uiterste aandacht en brengt een grote geladenheid teweeg. Wordt misschien nog gewacht of toch nog een laatste aardebewoner zich bekeert. Nog een allerlaatste mogelijkheid opdat in de hemel nog eenmaal een lofzang mag klinken 3. Maar indien niet, dan is het duidelijk dat God nu de wereld gaat oordelen, wie zou niet beven? Zefanja 1:7 Wees stil voor het aangezicht van de Heere HEERE, want nabij is de dag van de HEERE. Ja, de HEERE heeft een offer bereid, Zijn genodigden geheiligd. Zacharia 2:13 Wees stil voor het aangezicht van de HEERE, alle vlees, want Hij is ontwaakt uit Zijn heilige woning. Habakuk 2:20 Maar de HEERE is in Zijn heilige tempel. Wees stil voor Zijn aangezicht, heel de aarde! Zo houden allen in de hemel ‘de adem in’. Onvoorstelbaar wat dat betekent: een stilte in de hemel. Het laatste oordeel komt. De plagen zullen niet te vergelijken zijn met die van de vier ruiters. De uittocht uit Egypte komt in herinnering, maar verbleekt bij wat nu komt. God zal recht spreken over de koningen en de heersers van deze wereld. De oordelen zullen niet een land, maar heel de oude wereld treffen.
De stilte duurt ongeveer een half uur. Niet een vol uur, want de aardebewoners krijgen niet veel tijd meer. Wel nog een halve tijd om nuttig te gebruiken. God haast niet tot het oordeel. Hij is nog lankmoedig. Anderzijds hoeven de martelaars, alle gelovigen die volhoudend getuigen, ook niet al te lang meer te wachten. Een half uur, een halve tijd, dan is voor hen de eindzege bereikt 4.

De aartsengelen ontvangen bazuinen.
2 Καὶ εἶδον τοὺς ἑπτὰ ἀγγέλους οἳ ἐνώπιον τοῦ θεοῦ ἑστήκασιν, en ik zag de zeven engelen die voor het aangezicht van God staan
Gezien het simpele voegwoord ‘en’ hoort dit gedeelte bij de stilte. Daarom kan ook vertaald worden met: ‘ook zag ik de zeven ….’ Dus in de heilige stilte ziet Johannes wel actie, nog meer reden om de adem in te houden en gespannen toe te zien. Iemand nadert tot de zeven aartsengelen. Zij staan paraat om Gods bevelen op te volgen, dat geldt nu ook voor die van zijn Zoon, het Lam op de troon. De boekrol geeft aan wat nu zal gebeuren.
καὶ ἐδόθησαν αὐτοῖς ἑπτὰ σάλπιγγες. en hen zijn gegeven zeven bazuinen
Elke aartsengel ontvangt een bazuin. Het geluid van de bazuin roept op tot bijzondere samenkomsten, ook tot oorlog. Zij gaan de eindstrijd aankondigen. Jezus spreekt over bazuingeschal bij zijn terugkomst in Matth 24:31 En Hij zal Zijn engelen uitzenden onder luid bazuingeschal, en zij zullen Zijn uitverkorenen bijeenbrengen uit de vier windstreken, van het ene uiterste van de hemelen tot het andere uiterste ervan. Zo ook Paulus in 1 Thess 4:16 5. De stilte nu en de zeven bazuinen herinneren ook aan de intocht in het beloofde land als Jericho ingenomen gaat worden door een ingrijpen van God alleen 6. Al eerder bij de uittocht uit Egypte, vlak voor de Schelfzee, met het leger van de Farao in aantocht hoorde het volk ook dat zij stil moest zijn. Exodus 14:14 De HEERE zal voor u strijden, en ú moet stil zijn.

De gebeden van alle heiligen worden verhoord
3 Καὶ ἄλλος ἄγγελος ἦλθεν en (een) andere engel was gekomen
Intussen is een andere engel verschenen, hij hoort niet bij de aartsengelen.
καὶ ἐστάθη ἐπὶ τοῦ θυσιαστηρίου ἔχων λιβανωτὸν χρυσοῦν en hij was komen te staan bij het altaar hebbende (een) wierookvat, van goud
De werkwoordsvorm is een passieve aoristus. Dit betekent dat God dit alles bestuurt, Hij wil dit.
Dat er in de hemel een altaar is wordt ook nog genoemd in Opb 9:13 7. Het herinnert aan Mozes die de tabernakel met al zijn voorwerpen moest maken, zoals hij die te zien kreeg met voorbeelden uit de hemel 8. Dit altaar is het reukaltaar 9.
Toen Jezus, het Lam van God, de boekrol had ontvangen hebben de vierentwintig oudsten al eerder vanuit schalen reukwerk doen opgaan, net als hier symboliseerden deze de gebeden van de heiligen. De gebeden die zij dagelijks opzenden vanuit hun verdrukking worden werkelijk gehoord en bewaard. Dat het wierookvat van goud is verwijst naar het wierookvat dat in de aardse tempel aanwezig was in het heilige der heiligen (Hebr. 9: 4). Aan het goud kun je zien dat het reukwerk voor God is bedoeld. Bij het offeren van reukwerk in de tempel werden wat vurige kolen van het altaar genomen en daarop werd wierook gestrooid om als geur op te stijgen.
καὶ ἐδόθη αὐτῷ θυμιάματα πολλά, en het werd gegeven hem reukwerk veel, ἵνα δώσει opdat hij (dit) geeft ταῖς προσευχαῖς τῶν ἁγίων πάντων aan de gebeden van de heiligen, van (hen) allen, ἐπὶ τὸ θυσιαστήριον τὸ χρυσοῦν τὸ ἐνώπιον τοῦ θρόνου. op het altaar, het gouden, voor het aangezicht van de troon.
De Griekse naamvallen wijzen hier de weg. De derde naamval van “de gebeden” geeft aan dat het voorzetsel (aan) erbij hoort. Het reukwerk staat in de vierde naamval, het wordt aan de gebeden toegevoegd. Ook als de gebeden op zichzelf nog aan kracht te kort schoten, zij zijn niet vergeten en gedragen door het reukwerk gaan zij op tot God.
Een directe koppeling tussen reukwerk en gebeden wordt ook gevonden in Psalm 141:2 10.
Het reukwerk wordt geofferd op het gouden reukaltaar dat dicht bij de troon staat. Zo stond ook het reukaltaar in de tempel vlak bij het voorhangsel in de tempel. De reuk verspreidde zich dan tot in het Heilige der Heiligen. Het vele reukwerk hier geeft de Here God overvloedig reden om onmiddellijk recht te gaan doen aan alle heiligen. Zij hebben daar al zolang op moeten wachten. Paulus schrijft dat de Heilige Geest voor de heiligen bidt, hun gebeden worden altijd bekrachtigd 11. Heiligen zijn zij die het getuigenis van Jezus bewaren. Zij staan apart in de wereld, onderscheiden zich van de aardbewoners die aan de aarde hechten. Zij volharden in hun aardse strijd in het volgen van Jezus. De toevoeging “van allen” hoort bij de heiligen. God heeft hen allemaal, zonder uitzondering, gehoord. Het getal van de heiligen is nu  compleet, het einde kan komen.
Het gaat hier dus niet om de gebeden van de martelaren onder het altaar (Opb 6:9) ook al hadden die dezelfde strekking. Het zijn de gebeden van de gehele gemeente van Christus op aarde. Het zijn de gebeden van hen die om Christus wil het kruis van zelfverloochening dragen. Zij vragen om verlossing van hun zondige vlees, om nu volkomen voor God te mogen leven tot zijn eer, om recht te worden gedaan terwijl zij leven in verdrukking en vervolging.

4 καὶ ἀνέβη ὁ καπνὸς τῶν θυμιαμάτων en het ging omhoog de rook van het reukwerk
Dat de rook omhoog gaat wijst op de verhoring. Alle heiligen kunnen er zeker van zijn dat hun gebeden worden verhoord. Johannes heeft het zelf gezien en getuigt ervan.
ταῖς προσευχαῖς τῶν ἁγίων aan de gebeden van de heiligen
Het reukwerk hecht zich aan de gebeden en neemt deze mee omhoog.
ἐκ χειρὸς τοῦ ἀγγέλου ἐνώπιον τοῦ θεοῦ. vanuit hand van de engel voor het aangezicht van God
De gebeden verlaten het wierookvat in de hand van de engel, geen enkel gebed blijft erin achter.

5 καὶ εἴληφεν ὁ ἄγγελος τὸν λιβανωτὸν en hij heeft genomen, de engel, het wierookvat καὶ ἐγέμισεν αὐτὸν ἐκ τοῦ πυρὸς τοῦ θυσιαστηρίου en hij heeft gevuld het vanuit het vuur van het altaar καὶ ἔβαλεν εἰς τὴν γῆν,en hij heeft geworpen (het) naar de aarde
Nadat alle reukwerk was verbrand en alle gebeden bij God zijn gekomen heeft de engel nog deze laatste daad gedaan. God toornt over alle onrecht, de aardebewoners worden gewaarschuwd. De gelovigen hebben verdrukking, lijden, hoon en laster verdragen. Zij wisten dat zij de wraak aan God konden overlaten 12, 13. Vuur van het altaar heeft in het wierookvat de gebeden vervangen. En tegen de richting van de opgezonden gebeden in, worden vurige kolen naar de aarde geworpen. De stilte in de hemel eindigt in een dramatische climax op aarde. Vuur dat vanuit de hemel op aarde valt staat symbool voor oordeel 14, 15.
καὶ ἐγένοντο βρονταὶ en er kwamen donderslagen καὶ φωναὶ en stemmen καὶ ἀστραπαὶ en bliksemflitsen καὶ σεισμός. en aardbevingen.
De volgorde van donderslagen en stemmen verschilt in de handschriften. Als God spreekt moeten mensen vrezen. Zoals destijds ook zijn volk bij de Sinaï 16. Voor de mens van vandaag is het vaak moeilijk te verteren dat eens het oordeel over deze aarde zal gaan en dat dit gebeurt vanuit de hemel. Zoals straks blijkt zijn het zelfs de zeven aartsengelen die voor de troon staan die het oordeel doen komen. Maar deze zelfde zeven engelen, de zeven geesten voor de troon, mogen ook de gemeente bemoedigen met een zegengroet 17. Gelovigen hebben niets van hen te vrezen, dat is direct al in het begin van Openbaring in de groet bekend gemaakt.

Ga verder naar Opb 8 vers 6
Ga terug naar Opb 7 vers 13-17

  1. Openbaring 7: 15 Daarom zijn zij vóór de troon van God, en dienen Hem dag en nacht in Zijn tempel. En Hij Die op de troon zit, zal Zijn tent over hen uitspreiden. 16 Zij zullen geen honger of dorst meer hebben, en geen zonnesteek of enige hitte zal hen treffen. 17 Want het Lam, Dat in het midden van de troon is, zal hen weiden en zal hen geleiden naar de levende waterbronnen. En God zal alle tranen van hun ogen afwissen. []
  2. Openbaring 6:16 En zij zeiden tegen de bergen en de rotsen: Val op ons en verberg ons voor het aangezicht van Hem Die op de troon zit, en voor de toorn van het Lam. 17 Want de grote dag van Zijn toorn is aangebroken en wie kan dan staande blijven? []
  3. Lukas 15:10 Zo zeg Ik u, is er blijdschap vóór de engelen van God over één zondaar die zich bekeert. []
  4. 2 Petrus 3:9 De Heere vertraagt de belofte niet (zoals sommigen dat als traagheid beschouwen), maar Hij heeft geduld met ons en wil niet dat enigen verloren gaan, maar dat allen tot bekering komen. 10 Maar de dag van de Heere zal komen als een dief in de nacht. Dan zullen de hemelen met gedruis voorbijgaan en de elementen brandend vergaan, en de aarde en de werken daarop zullen verbranden. []
  5. Want de Heere Zelf zal met een geroep, met de stem van een aartsengel en met een bazuin van God neerdalen uit de hemel. []
  6. Jozua 6:4 Zeven priesters moeten voor de ark uit zeven ramsbazuinen dragen. En u moet op de zevende dag zeven keer rondom de stad gaan, en de priesters moeten op de bazuinen blazen. 5 En het zal gebeuren, als men de langgerekte toon op de ramshoorn blaast, als u het bazuingeschal hoort, dat heel het volk een luid gejuich zal aanheffen. Dan zal de stadsmuur instorten en het volk moet eroverheen klimmen, ieder recht voor zich uit……. 10 Jozua had het volk echter geboden: U mag niet juichen, u mag uw stem niet laten horen en geen woord mag er uit uw mond gaan, tot op de dag dat ik tegen u zeg: Juich! Dan moet u juichen. []
  7. En de zesde engel blies op de bazuin, en ik hoorde uit de vier hoorns van het gouden altaar dat vóór God stond, één stem komen. []
  8. Ex 25:9 Volgens alles wat Ik u zal tonen, een ontwerp van de tabernakel en een ontwerp van al zijn voorwerpen, zó moet u het maken. []
  9. Ex 30:1 U moet ook een altaar voor het branden van reukwerk maken. Van acaciahout moet u het maken; []
  10. Laat mijn gebed als reukwerk voor Uw aangezicht staan, laat mijn opgeheven handen als het avondoffer zijn. []
  11. Rom 8: 26 En evenzo komt ook de Geest onze zwakheden te hulp, want wij weten niet wat wij bidden zullen zoals het behoort. De Geest Zelf echter pleit voor ons met onuitsprekelijke verzuchtingen. []
  12. Rom 12:17 Vergeld niemand kwaad met kwaad. Wees bedacht op wat goed is voor alle mensen. 18 Leef, zo mogelijk, voor zover het van u afhangt, in vrede met alle mensen. 19 Wreek uzelf niet, geliefden, maar laat ruimte voor de toorn, want er staat geschreven: Mij komt de wraak toe, Ik zal het vergelden, zegt de Heere. []
  13. Deut 32:35 Aan Mij komt de wraak en de vergelding toe, op het tijdstip dat hun voet wankelt. Voorzeker, de dag van hun ondergang is dichtbij, en spoedig komen de dingen die hen te wachten staan. 36 Want de HEERE zal Zijn volk recht verschaffen,… []
  14. Exodus 9:23 Toen strekte Mozes zijn staf naar de hemel, en de HEERE gaf donder en hagel. Vuur schoot naar de aarde, en de HEERE liet hagel neerkomen op het land Egypte. []
  15. Ezechiël 10:2 Toen zei Hij tegen de Man Die in linnen gekleed was: Ga onder de cherub de ruimte tussen de wielen binnen, vul Uw beide handen met vurige kolen uit de ruimte tussen de cherubs, en strooi ze uit over de stad. []
  16. Ex 19:18 De berg Sinaï was geheel in rook gehuld, omdat de HEERE er in vuur neerdaalde. De rook ervan steeg omhoog als de rook van een oven, en heel de berg beefde hevig. 19 Het bazuingeschal werd gaandeweg zeer sterk. []
  17. Opb 1:4 Genade zij u en vrede, van Hem Die is en Die was en Die komt, en van de zeven Geesten, Die voor Zijn troon zijn en van Jezus Christus … []