Ga naar de inhoud

Openbaring hoofdstuk 5 vers 6-7

Openbaring in het kort, een overzicht
Introductie op Openbaring
Hoofdstukken Openbaring
hoofdpagina site

HSV 6 En ik zag, en zie: te midden van de troon en van de vier dieren en te midden van de ouderlingen stond een Lam als geslacht, met zeven hoorns en zeven ogen. Dat zijn de zeven Geesten van God, die uitgezonden zijn over heel de aarde. 7 En Het kwam, en heeft de boekrol genomen uit de rechterhand van Hem Die op de troon zat.

NBG51 6 En ik zag in het midden van de troon en van de vier dieren en te midden der oudsten een lam staan, als geslacht, met zeven horens en zeven ogen; dit zijn de zeven Geesten Gods, uitgezonden over de gehele aarde. 7 En het kwam en heeft (de rol) aangenomen uit de rechterhand van Hem, die op de troon gezeten was.

NBV21 6 Toen zag ik midden voor de troon een lam staan, tussen de vier wezens en de oudsten. Het zag eruit als een lam dat geslacht was en het had zeven hoorns en zeven ogen; dat zijn de zeven geesten van God, die over de hele wereld zijn uitgestuurd. 7 Het lam ging naar degene die op de troon zat en ontving de boekrol uit zijn rechterhand.

De Leeuw van Juda blijkt een Lam

6 Καὶ εἶδον En ik zag en zie ἐν μέσῳ τοῦ θρόνου in het midden van de troon καὶ τῶν τεσσάρων ζῴων en van de vier levende wezens
Johannes geeft gehoor aan de oproep van de oudste en doet zijn ogen wijd open. Hij kijkt naar de troon en nog door zijn tranen heen ziet hij weer de boekrol aan de rechterzijde van God. De boekrol, waarvoor aanvankelijk niemand werd gevonden, die waardig was deze te openen. Met wat huiver ziet hij de vier levende wezens, die de troon aan vier zijden afgrenzen en op indrukwekkende wijze de troon bewaken. Met regelmaat laten zij horen: heilig, heilig, heilig! Niemand mag naderen binnen de cirkel waar God zich vertoont met verschijnselen van vuur, bliksemen en donderslagen (Opb 4:5). Voor de troon ziet hij ook de zeven gestalten van vurige aartsengelen.
καὶ ἐν μέσῳ τῶν πρεσβυτέρων en in het midden van de oudsten
Hierom heen bevinden zich de vierentwintig oudsten. Een van hen had hem gezegd “Niet huilen! Kijk, dan zie je de Overwinnaar. Één is waardig om de boekrol te openen, de Leeuw van Juda, de Koning van de koningen. Hij is uit het geslacht van David en David is uit Hem.”
ἀρνίον ἑστηκὸς ὡς ἐσφαγμένον een Lam staande als geslacht,
Maar Johannes ziet geen leeuw. Niet de strijder die Israël verwachtte, niet de vrijheidsstrijder die de Romeinen moest verdrijven. Die de tempeldienst zou reinigen en weer naar Gods geboden zou inrichten. Opdat daar geen corruptie meer zou zijn en alleen nog priesters die van Aaron afstammen.
Niets van dat alles, Johannes ziet de opgestane Here Jezus en hij beschrijft Hem als een geofferd Lam. De halssnede is als het ware nog te zien. Maar dit geofferde Lam staat! Een dier offeren ging via het doorsnijden van de halsslagaders. Zoals ook nu nog ritueel wordt gedood. In die tijd was het offeren van een lam dagelijkse praktijk. Ieder wist hoe dat ging. Het deed beslist pijn voor wie het dier doodde. Men was minder afgestompt dan nu. Een onschuldig dier doden deed je niet zo maar, je voelde je eigen schuld. Het was een echt offer.
Nu dit Offerlam leeft en fier overeind staat is de symboliek duidelijk. De oudsten zeiden terecht dat Hij de Leeuw van Juda is (vers 5), die heeft overwonnen. Hij doorstond de bespottingen, de diepste vernedering, de geseling waar sommigen al aan overleden, de wrede pijniging en dood aan het kruis, maar capituleerde niet. Vergold goed voor kwaad. Verwenste niet, integendeel Hij zegende en bad ten goede voor zijn vijanden. Doorstond de verzoeking om van het kruis af te komen toen Hij daartoe werd uitgedaagd 1. Maar het ergste van alles waren die donkere uren waarin Hij moest uitroepen “Mijn God, mijn God, waarom hebt U Mij verlaten?”2. Ook voor mensen in die tijd gold de kruisiging als de meest verschrikkelijke doodstraf. Een Romein mocht zo nooit gestraft worden. Maar door dit niet te ontlopen toonde Hij de wil van zijn Vader tot het einde te willen volbrengen. De titel de Leeuw van Juda is Hij meer dan waardig als overwinnaar van zonde en dood. Hij neemt alles weg dat niet kan bestaan in de ogen van God de Schepper van hemel en aarde. Zo kan zijn offer verzoening brengen met de Verblijvende op de troon. Kan Gods vurige toorn tegen de zonde worden bedekt.
Juist Johannes heeft als volgeling van Johannes de Doper dit als eerste al vroeg gehoord en begrepen. Hij was samen met Andreas, de broer van Petrus, eerst discipel van de Doper. Deze heeft hen het Lam aangewezen en daarom waren Andreas en Johannes de eersten die Jezus opzochten en gingen volgen 3. Johannes de Doper heeft zijn visie ongetwijfeld aan Jesaja ontleend 4.
Het offerlam is opgestaan uit de dood. De Here Jezus toonde na zijn opstanding de littekens van zijn handen en voeten. Ook de wond van de speerstoot in zijn zijde, die zijn hart had doorboord, was nog te zien 5. De Here Jezus is het echte Paaslam dat voor ons is geslacht 6, 7. De parallel met Exodus, die nu al vaak in Openbaring aan de orde is geweest, valt ook hier weer op. Bij de uittocht van Israël uit Egypte is het Pascha ingesteld. Het bloed van een geofferd lam, gestreken op de deurposten, beschermde tegen de dood van de eerstgeborenen. Johannes beschrijft in zijn Evangelie dat dit offer van Jezus samenviel met het offeren van de paaslammeren in de tempel bij het avondoffer 8. Het avondoffer werd gebracht op het negende uur, dus drie uur na het zesde uur. Toen stierf Jezus. Johannes beschrijft dat zelfs de Hogepriester van dat jaar, Kajafas, profeteerde dat Jezus voor het volk zou sterven 9.
ἔχων κέρατα ἑπτὰ hebbende horens zeven
Zeven horens staan symbool voor totale macht en kracht. Horens van vee zijn zeer geduchte wapens, al hun kracht kan daar in worden samengebald om een aanvaller te weerstaan of te doden. De horens laten zien dat dit Lam een machtige Overwinnaar is. Zeven is het volmaakte getal van de goddelijke volheid. Het aantal teksten in het OT waarin het beeld van de hoorn voorkomt is zeer talrijk. Daarin ook voorbeelden die in verband worden gebracht met de Messias. Weliswaar gaat het dan meestal om één hoorn. Nu dit Lam er zeven heeft zal niemand hier ooit nog boven uit komen 10, 11. Lukas 1 beschrijft dat Zacharias, bij de geboorte van zijn zoon Johannes de Doper, profeteert over een hoorn, die heil, verlossing brengt 12. In psalm 132 vinden wij een Messiaanse profetie die spreekt over een hoorn die komt uit het geslacht van David 13. De zeven hoorns staan garant voor het verwezenlijken van de beloofde verlossing, van alle heil en het vernietigen van al Gods tegenstanders.
In de visioenen van Daniël komen verschillende dieren voor met horens. Daar staan zij symbool voor koningen die elkaar opvolgen. Ook in Openbaring komt dit symbolische vertoon van kracht via hoorns nog verschillende keren voor. Ook van Gods tegenstander in verschillende gedaanten.
καὶ ὀφθαλμοὺς ἑπτὰ en ogen zeven οἵ εἰσιν τὰ ἑπτὰ πνεύματα τοῦ θεοῦ die zijn de zeven geesten van God ἀπεσταλμένοι εἰς πᾶσαν τὴν γῆν. uitgezonden naar heel de aarde.
De zeven ogen doen herinneren aan een nachtgezicht van Zacharia waar ook gesproken wordt over zeven ogen 14. Daar staat later bij dat het de ogen zijn van de HERE die de ganse aarde doorlopen 15. Evenals de hoorns wijzen deze zeven ogen op de onbeperkte macht die het Lam van God heeft ontvangen, nu om alles waar te kunnen nemen. In hoofdstuk 4:5 werden zij zeven geesten genoemd die als zeven fakkels van vuur voor de troon staan. De zeven fakkels staan nu ten dienste van het Lam, zij zijn de zeven aartsengelen, die alles wat gebeurt op heel de aarde kunnen waarnemen. Waarschijnlijk met behulp van de miljoenen engelen die onder hun gezag staan. Zie ook de verklaring bij Opb 1:4. Zo weet het Lam alles wat gebeurt en bezit alle macht om via zijn engelen voor zijn volgelingen te zorgen 16. Dit visioen toont dat God al zijn macht en kracht heeft overgedragen aan dit Lam.

7 καὶ ἦλθεν en Het kwam καὶ εἴληφεν ἐκ τῆς δεξιᾶς τοῦ καθημένου ἐπὶ τοῦ θρόνου. en Het heeft genomen vanaf de rechterzijde van de Verblijvende op de troon.
Het Lam komt dan op de allerheiligste plaats in de hemel. Tussen de 4 machtige levende wezens, vol ogen, vol oplettendheid, volmaakt voor hun taak klaar gemaakt. Vol samengebalde macht en kracht om ieder die deze heilige ruimte betreedt te verdrijven en te vernietigen. Dan nadert het Lam zonder verdere aankondiging of nodiging en zonder angst tot de Verblijvende op de troon. Tot een licht van vuur, daarboven een smaragdgroene lichtgevende cirkel, bliksemstralen schieten heen en weer, daarbij indrukwekkende geluiden en donderslagen (Opb 4). Geen enkel schepsel zal zo dicht tot God kunnen naderen. Niet vreemd dat het even moest duren voordat Iemand werd gevonden, Die daartoe gerechtigd is. Dat is niet vanzelfsprekend, want niet in de hemel, noch op aarde noch onder de aarde werd aanvankelijk iemand gevonden. Onze schuld die de breuk met God heeft veroorzaakt leek onherstelbaar groot, daar mogen ook wel tranen, zoals die van Johannes, om worden gelaten als de breuk niet te helen lijkt. Maar het Lam neemt de boekrol tot zich, met het beschreven testament, vanaf de rechterzijde van Hem Die verblijft op de troon. Het Lam is zich bewust van de macht en waardigheid die het heeft ontvangen 17. Dit Lam is de Erfgenaam van alles wat verloren ging door de val van de mens. Die de erfenis verkreeg door zijn eigen sterven 18. En in deze erfenis delen allen die overwinnen en het Lam volgen waar het ook gaat 19, 20. Het is een diep aangrijpend moment. Een eenmalige daad die nooit meer herroepen wordt. Het is Gods Eniggeboren Zoon, zijn Geliefde in Wie Hij zijn welbehagen heeft 21. Hij is weer thuis gekomen.
Het beeld van dit Lam, een viervoetig dier, maakt overigens wel weer duidelijk dat de gezichten in Openbaring ‘vertaald’ moeten worden. Johannes kende Daniel 7 heel goed en beseft dat hier de Zoon van de mensen tot God is genaderd om het Koninkrijk te ontvangen 22. Hierover meer in het volgende gedeelte.

Ga verder naar Opb 5:8-10
Ga terug naar Opb 5:1-5

  1. Mat 27:41 En evenzo spotten ook de overpriesters, samen met de schriftgeleerden en de oudsten en de Farizeeën, en zij zeiden: 42 Anderen heeft Hij verlost, Zichzelf kan Hij niet verlossen. Als Hij de Koning van Israël is, laat Hij nu van het kruis afkomen en wij zullen Hem geloven. 43 Hij heeft op God vertrouwd; laat Die Hem nu verlossen als Hij Hem welgezind is, want Hij heeft gezegd: Ik ben Gods Zoon. []
  2. Mat 27:46 Ongeveer op het negende uur riep Jezus met een luide stem: Eli, Eli, lama sabachtani? Dat betekent: Mijn God, Mijn God, waarom hebt U Mij verlaten? []
  3. Joh 1:35 De volgende dag stond Johannes daar weer met twee van zijn discipelen. 36 En toen hij Jezus zag lopen, zei hij: Zie, het Lam van God! 37 En de twee discipelen hoorden hem dat zeggen en zij volgden Jezus. 38 En toen Jezus Zich omkeerde en zag dat zij volgden, zei Hij tegen hen: 39 Wat zoekt u? En zij zeiden tegen Hem: Rabbi (wat vertaald wil zeggen: Meester), waar woont U? 40 Hij zei tegen hen: Kom en zie! Zij kwamen en zagen waar Hij woonde en bleven die dag bij Hem. En het was ongeveer het tiende uur. 41 Andreas, de broer van Simon Petrus, was een van de twee die het van Johannes gehoord hadden en Hem gevolgd waren, deze vond eerst zijn broeder Simon en zei tot hem: Wij hebben gevonden de Messias, wat betekent: Christus. []
  4. Jes 53:7 Hij werd mishandeld, maar hij liet zich verdrukken en deed zijn mond niet open; als een lam dat ter slachting geleid wordt, en als een schaap dat stom is voor zijn scheerders, zo deed hij zijn mond niet open. 8 Hij is uit de angst en uit het gericht weggenomen,en wie zal Zijn leeftijd uitspreken? Want Hij is afgesneden uit het land van de levenden. Om de overtreding van mijn volk is de plaag op Hem geweest. []
  5. Joh 20:27 Daarna zei Hij tegen Thomas: Kom hier met uw vinger en bekijk Mijn handen, en kom hier met uw hand en steek die in Mijn zij; en wees niet ongelovig, maar gelovig. []
  6. 1Co 5:7 Doet het oude zuurdeeg weg, opdat gij een vers deeg moogt zijn; gij zijt immers ongezuurd. Want ook ons paaslam is geslacht: Christus. []
  7. 1 Petrus 1:18 wetende, dat gij niet met vergankelijke dingen, zilver of goud, zijt vrijgekocht van uw ijdele wandel, die u van de vaderen overgeleverd is, 19 maar met het kostbare bloed van Christus, als van een onberispelijk en vlekkeloos lam. []
  8. Joh 19:14 En het was de voorbereiding van het Pascha, ongeveer het zesde uur; en hij zei tegen de Joden: Zie, uw Koning! []
  9. Joh 11:49 Maar een van hen, Kajafas, die de hogepriester van dat jaar was, zei tegen hen: U weet niets, 50 en u overweegt niet dat het nuttig voor ons is dat één Mens sterft voor het volk, en niet heel het volk verloren gaat. 51 Dit zei hij echter niet uit zichzelf, maar als hogepriester van dat jaar profeteerde hij dat Jezus sterven zou voor het volk, 52 en niet alleen voor het volk, maar ook om de kinderen van God, overal verspreid, bijeen te brengen. []
  10. 1Sa 2:10 Wie met de HERE twisten, worden gebroken; over hen dondert Hij in de hemel. De HERE richt de einden der aarde; Hij geeft sterkte aan zijn koning en verhoogt de hoorn van zijn gezalfde. []
  11. 2 Sam 22: 1 David sprak tot de HERE de woorden van dit lied ten dage, dat de HERE hem verlost had uit de greep van al zijn vijanden en uit de greep van Saul: 2 Hij zei: O, HERE, mijn steenrots, mijn vesting en mijn bevrijder, 3 mijn God, de Rots, bij wie ik schuil, mijn schild, hoorn mijns heils, mijn burcht, mijn toevlucht, mijn verlosser; van geweld hebt Gij mij verlost. []
  12. Luk 1: 68 Geprezen zij de Heere, de God van Israël, want Hij heeft naar Zijn volk omgezien en er verlossing voor tot stand gebracht. 69 En Hij heeft een hoorn van zaligheid voor ons opgericht in het huis van David, Zijn knecht, []
  13. Psalm 132:17 Daar zal ik voor David een hoorn doen uitspruiten, Ik zal voor mijn gezalfde een lamp bereiden; 18 zijn vijanden zal Ik met schaamte bekleden, maar op hem zal zijn kroon blinken. []
  14. Zach 3:9 Want zie, wat betreft de steen die Ik voor Jozua neergelegd heb,op die ene steen zullen zeven ogen zijn. []
  15. Zach 4:10 Die zeven zijn de ogen van de HEERE, die over heel de aarde trekken. []
  16. Hebr 1:14 Zijn zij niet allen dienende geesten, die uitgezonden worden ten dienste van hen die de zaligheid zullen beërven? []
  17. Hebr 10:11 En iedere priester stond wel dagelijks te dienen en bracht vaak dezelfde slachtoffers, die de zonden toch nooit zouden kunnen wegnemen, 12 maar deze Priester is, nadat Hij één slachtoffer voor de zonden geofferd had, tot in eeuwigheid gezeten aan de rechterhand van God. []
  18. Hebr 1:1 Nadat God voorheen vele malen en op vele wijzen tot de vaderen gesproken had door de profeten, heeft Hij in deze laatste dagen tot ons gesproken door de Zoon, 2 Die Hij Erfgenaam gemaakt heeft van alles, door Wie Hij ook de wereld gemaakt heeft. 3 Hij, Die de afstraling van Gods heerlijkheid is en de afdruk van Zijn zelfstandigheid, Die alle dingen draagt door Zijn krachtig woord, heeft, nadat Hij de reiniging van onze zonden door Zichzelf tot stand had gebracht, Zich gezet aan de rechterhand van de Majesteit in de hoogste hemelen. []
  19. Opb 14:2 Dezen zijn het die het Lam volgen waar Het ook naartoe gaat. Dezen zijn gekocht uit de mensen, als eerstelingen voor God en het Lam. []
  20. Opb 21:7 Wie overwint, zal alles beërven, en Ik zal voor hem een God zijn en hij zal voor Mij een zoon zijn. []
  21. Luk 3:21 En het geschiedde, toen al het volk gedoopt was, en Jezus ook gedoopt was en aan het bidden was, dat de hemel geopend werd, 22 en dat de Heilige Geest op Hem neerdaalde in lichamelijke gedaante als een duif. En er kwam een stem uit de hemel die zei: U bent Mijn geliefde Zoon, in U heb Ik Mijn welbehagen! []
  22. Dan 7:13 Ik keek toe in de nachtvisioenen,en zie, er kwam met de wolken van de hemel Iemand als een Mensenzoon. Hij kwam tot de Oude van dagen en men deed Hem voor Zijn aangezicht naderbij komen. 14 Hem werd gegeven heerschappij, eer en koningschap,en alle volken, natiën en talen moesten Hem vereren. Zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij, die Hem niet ontnomen zal worden, en Zijn koningschap zal niet te gronde gaan. []